Autisme is een neurobiologische ontwikkelingsstoornis die de manier waarop mensen informatie verwerken beïnvloedt. Autisme en prikkelverwerking zijn aspecten die vaak worden besproken. Mensen met autisme kunnen gevoeliger zijn voor sensorische prikkels en raken mogelijk onder- of overprikkeld. In dit blogartikel zullen we het verschil tussen onder- en overprikkeling bij autisme bespreken, en hoe dit van invloed kan zijn op het dagelijks leven van mensen met autisme.

Onderprikkeling bij autisme
Onderprikkeling, ook wel sensorische ondergevoeligheid genoemd, treedt op wanneer iemand met autisme minder gevoelig is voor bepaalde sensorische prikkels. Dit kan leiden tot een verminderd bewustzijn van de omgeving en een verlangen naar meer intense sensorische input. Mensen met onderprikkeling kunnen soms ongewone gedragingen vertonen, zoals het herhaaldelijk aanraken van voorwerpen of het zoeken naar intense sensorische prikkels, zoals hard geluid of sterke geuren. Voor hen kan het moeilijk zijn om subtiele veranderingen in de omgeving op te merken.
Overprikkeling bij autisme
Overprikkeling, daarentegen, treedt op wanneer iemand met autisme overgevoelig is voor sensorische prikkels. Dit kan leiden tot een overweldigend gevoel van stress en ongemak. Geluiden, licht, texturen, geuren, aanrakingen die voor de meeste mensen als normaal worden beschouwd, kunnen voor mensen met overprikkeling verschrikkelijk zijn. Dit kan leiden tot angst en in sommige gevallen zelfs tot emotionele uitbarstingen. Overprikkeling kan het dagelijks functioneren van mensen met autisme aanzienlijk beïnvloeden, omdat ze voortdurend de prikkel proberen te vermijden of om te gaan met storende prikkels.
Hoe beïnvloeden onder- en overprikkeling het dagelijks leven?
Zowel onder- als overprikkeling kunnen uitdagingen met zich meebrengen voor mensen met autisme. Bij onderprikkeling kan het lastig zijn om te focussen en deel te nemen aan dagelijkse activiteiten, zoals school of werk. Mensen met onderprikkeling kunnen ook risico lopen op overmatig stimulerend gedrag om de gewenste sensorische prikkels te verkrijgen. In extreme gevallen kan dit zelfs lijden tot zelfverwondend gedrag.
Aan de andere kant kan overprikkeling leiden tot sociaal isolement en vermijdingsgedrag. De angst voor overprikkeling kan ervoor zorgen dat mensen met autisme situaties, plaatsen en activiteiten vermijden die ze anders misschien wel zouden willen ervaren.
Welke hulp kan er geboden worden binnen de context van autisme en prikkelverwerking?
Het begrijpen van de individuele behoeften en voorkeuren van mensen met autisme is essentieel om hulp te bieden bij prikkelverwerking. Enkele mogelijke benaderingen zijn:
Afname van een sensorisch profiel: dit kan helpen om zowel onder- als overprikkeling in kaart te brengen, zodat er op een consequente manier kan leren omgegaan worden met sensorische uitdagingen.
Creëren van een prikkelarme omgeving: dit kan mensen met autisme helpen om overprikkeling te verminderen. Het betekent het minimaliseren van storende prikkels zoals fel licht, harde geluiden en oncomfortabele texturen. Afspraken maken binnen de omgeving van de persoon met autisme is noodzakelijk.
Communicatie en zelfregulatie: Mensen met autisme kunnen technieken aanleren om hun emoties en stressniveaus te beheersen en aan te geven wanneer ze onder- of overprikkeld zijn.
Conclusie
Prikkelverwerking is een cruciaal aspect van autisme en kan variëren van onder- tot overprikkeling. Het begrijpen van deze verschillen is van vitaal belang om mensen met autisme te ondersteunen en hun levenskwaliteit te verbeteren. Door te luisteren naar hun behoeften en samen te werken aan gepersonaliseerde oplossingen, kunnen we bijdragen aan een meer inclusieve samenleving waarin iedereen de kans krijgt om zich optimaal te ontwikkelen, ongeacht hun sensorische gevoeligheid.
Comments